Verkeersmanagement
Advertisement


Regionale verkeersmonitoring kan worden ingezet om beleidsdoelstellingen te toetsen. Voor deze toepassing geldt in het algemeen, dat aan de kwaliteit van de gegevens lagere eisen kunnen worden gesteld dan voor andere toepassingen (zoals dynamisch verkeersmanagement, actuele verkeersinformatie, ontwikkeling en evaluatie van verkeersmaatregelen, onderzoek). Dit komt met name door het globale (meerjarige) karakter van de beleidsdoelstellingen en de offline toepassing van de gegevens.

Inleiding[]

Gegevens die met behulp van verkeersmonitoring worden verkregen, kunnen voor verschillende doeleinden worden gebruikt. Eén van de toepassingen van verkeersmonitoring is het toetsen van de doelstellingen uit het verkeersbeleid van (bijvoorbeeld) een provincie, gemeente of regio. Worden de doelstellingen gehaald en welk effect hebben bepaalde maatregelen en programma's?

Om de beleidsdoelstellingen te toetsen, is bepaalde informatie nodig. Aan deze informatiebehoefte kan geheel of gedeeltelijk worden beantwoord met de monitoring van verkeersstromen op het wegennet. Monitoring levert veel verschillende gegevens op. Dit artikel gaat specifiek over die aspecten van verkeersmonitoring, die kunnen worden gebruikt voor het toetsen van beleidsdoelstellingen. Zoals de eisen en wensen die - in het algemeen - aan deze informatiebehoefte worden gesteld. Denk aan actualiteit, nauwkeurigheid, aggregatieniveau, beschikbaarheid en de frequentie van de inwinperiode. Ook wordt in dit artikel aangegeven welke gevolgen deze eisen aan de informatiebehoefte hebben voor de in te winnen gegevens en de bewerking.

Onderstaand figuur geeft het verband tussen de toepassing, de informatiebehoefte, de gegevensinwinning en gegevensbewerking weer.

Overzicht toepassingen



Toelichting figuur

De figuur representeert de denkwijze voor het opzetten van een systeem om de gewenste informatie voor toepassingen van verkeersmonitoring te verkrijgen. Eerst wordt bepaald voor welke toepassing monitoring benodigd is. In het handboek is onderscheidt gemaakt in vijf toepassingsgebieden: beleid, dynamisch verkeersmanagement, actuele verkeersinformatie; ontwikkeling en evaluatie van maatregelen; onderzoek.

Op basis van de toepassing wordt bedacht welke informatie nodig is: de informatiebehoefte. Voor de benodigde informatie worden kwaliteitseisen opgesteld: actualiteit, aggregatieniveau, nauwkeurigheid, beschikbaarheid en frequentie inwinperiode. Om de gewenste informatie te verkrijgen moeten ruwe gegevens ingewonnen worden met behulp van meetsystemen. In veel gevallen zullen deze ruwe gegevens moeten worden bewerkt tot de gewenste informatie. Dit gebeurt bijvoorbeeld met behulp van datafusie, algoritmes of verkeersmodellen, die als input gebruik maken van de ruwe gegevens.

In de operationele fase van het systeem ligt de nadruk binnen het plaatje op het (continue) inwinnen van gegevens en het (automatisch) bewerken tot de gewenste informatie.

Beleid[]

Mandje verkeer en vervoer

Het verkeersbeleid wordt vaak onderverdeeld in de volgende drie onderwerpen:

Informatiebehoefte[]

Verkeersgegevens uit monitoring kunnen als input worden gebruikt om te toetsen of de beleidsdoelstellingen zijn behaald, en of de maatregelen en programma’s het gewenste effect hebben. De informatiebehoefte die vanuit deze toepassing ontstaat, kan zeer divers zijn. Hieronder staan daarvan verschillende voorbeelden (voor zover die via verkeersmonitoring zijn te verkrijgen).

Met betrekking tot de bereikbaarheid, zijn er bij het toetsen van het beleid verschillende voorbeelden te noemen van informatiebehoefte:

  • Hoeveel vertraging ondervinden automobilisten?
  • Wordt het netwerk optimaal benut?
  • Hoe is de modal split?
  • Hoeveel verkeer heeft het netwerk te verwerken?
  • Zijn de kerngebieden goed ontsloten?
  • Et cetera.

Ook met betrekking tot de veiligheid zijn er bij het toetsen van het beleid verschillende voorbeelden te noemen van gewenste informatiebehoeften:

  • Worden de wegen ook gebruikt volgens de functie van de weg?
  • Bevindt zich veel vrachtverkeer in woonwijken/centrum?
  • Houdt het verkeer zich aan de maximumsnelheid?
  • Et cetera.

En hetzelfde geldt ten aanzien van de leefbaarheid:

  • Worden de luchtkwaliteitsnormen overschreden?
  • Worden de geluidsnormen overschreden?
  • Worden de wegen ook gebruikt volgens de functie van de weg?
  • Et cetera.

In het algemeen geldt dat de toepassing van verkeersmonitoring voor beleidsdoeleinden lage eisen stelt aan de kwaliteit van de informatie. Dit is anders dan bij de andere drie toepassingsgebieden die in dit handboek worden behandeld. De lagere kwaliteitsnoodzaak wordt veroorzaakt door het globale (meerjarige) karakter van beleidsdoelstellingen en door de offline toepassing van de gegevens. Indien monitoring wordt gebruikt voor meerdere toepassingen, dan is de toepassing met de hoogste kwaliteitseisen uiteraard maatgevend. In het algemeen geldt dat de kwaliteitseisen die aan monitoring voor andere doeleinden worden gesteld, voldoende zijn voor beleidsdoeleinden.

Aggregatieniveau: voor beleid kan worden volstaan met een hoog aggregatieniveau. Beleid is immers gericht op hoofdlijnen. Gedetailleerde informatie heeft vaak geen of slechts een beperkte toegevoegde waarde.

Nauwkeurigheid: de informatie moet over het algemeen voldoende representatief zijn voor de werkelijke situatie. Gezien het globale karakter van beleidsdoelstellingen hoeven aan de nauwkeurigheid van de gegevens niet de allerhoogste eisen worden gesteld.

Actualiteit: voor beleid is een hoge actualiteit van de gegevens niet noodzakelijk. De gegevens hoeven niet on-line beschikbaar te zijn, aangezien de analyse achteraf wordt uitgevoerd.

Beschikbaarheid: als in totaal voldoende gegevens worden verzameld om een beeld te vormen van de verkeerssituatie, heeft het af en toe uitvallen van het meetsysteem geen grootse nadelige effecten.

Frequentie inwinperiode: continue monitoringsmethoden kunnen ook voor beleidsdoeleinden worden gebruikt, maar hiervoor kan meestal worden volstaan met periodieke metingen. Bijvoorbeeld maandelijks of jaarlijks. Het is dan wel belangrijk dat een representatieve periode wordt gekozen (dus geen vakantieperiode voor metingen van het woon-werk verkeer). En bij bijvoorbeeld een trendonderzoek over enkele jaren moet voor elk jaar dezelfde meetperiode worden gebruikt.

Inwinnen en bewerken van gegevens[]

De benodigde gegevens kunnen met behulp van verschillende monitoringssystemen worden ingewonnen, zoals inductielussen, detectiecamera’s, Floating Car Data, Radar. Monitoringgegevens die kunnen worden gebruikt voor het toetsen van - bijvoorbeeld - de bereikbaarheidsdoelstellingen, zijn onder meer:

Voor het monitoren van de verkeersveiligheid worden dikwijls andere sytemen gebruikt dan voor het monitoren van de verkeersstromen op het wegennet. Met name voor het monitoren van directe verkeersveiligheidsaspecten, zoals incidentgegevens, handhaving en het vervoer van gevaarlijke stoffen, zijn andere bronnen nodig. Sommige gegevens die worden ingewonnen met de monitoringssystemen behandeld in het handboek, kunnen echter wel als hulpmiddel dienen voor het monitoren van de verkeersveiligheid. Denk hierbij aan:

  • intensiteit (bijvoorbeeld in relatie tot de functie van de weg);
  • verkeerssamenstellingen (bijvoorbeeld de hoeveelheid vrachtverkeer in relatie tot de functie van de weg);
  • snelheid (bijvoorbeeld in relatie tot de maximumsnelheid).

Voor het monitoren van de leefbaarheid zijn eveneens specifieke systemen nodig, zoals monitoringssystemen voor luchtkwaliteit, geluidsoverlast of het vervoer van gevaarlijke stoffen. Sommige gegevens die worden ingewonnen met de monitoringssystemen behandeld in het handboek, kunnen echter ook worden gebruikt voor het monitoren van de leefbaarheid in een regio. Zoals:

  • intensiteit (in relatie tot de functie van de weg);
  • intensiteit en snelheden (voor globale luchtkwaliteits- of geluidsoverlast berekening);
  • verkeerssamenstelling (in relatie tot de functie van de weg).

Referentieprojecten[]

Bronnen[]

van den Berg, Actuele verkeersgegevens Amsterdam, Gemeente Amsterdam, Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer, oktober 2006

Dijker en Visser, Handboek Regionale Verkeersmonitoring, Bijdrage aan de PAO Cursus Regionale Verkeersmonitoring, Ministerie van Verkeer en Waterstaat, november 2006

Provincie Noord-Holland, Verkeers- en vervoersplan Noord-Holland – Ruimte voor mobiliteit, Provincie Noord-Holland, 2003

Openstaande vragen[]

Terug naar -> Toepassingen van verkeersmonitoring

Advertisement