Verkeersmanagement
Registreer
Advertisement


De pneumatische telslang is een tijdelijke meetmethode, waarbij het verkeer op een provinciale of (vooral) stedelijke weg gedurende gemiddeld een week kan worden waargenomen. Met de pneumatische telslang worden de voertuigen (assen) die over de rubberen slang rijden gedetecteerd. De telslang kan zowel worden gebruikt voor motorvoertuigen als voor fietsers. Met behulp van deze methode kunnen de intensiteiten (per voertuigcategorie) worden bepaald.

Werkingsprincipe[]

Telslang1

Een pneumatische telslang is een holle rubberen slang. Op de plaats waar het verkeer moet worden geteld wordt de telslang over de weg gelegd, loodrecht op de rijrichting van het verkeer. De slang wordt met grondhaken in de berm en/of met klemmen op het wegdek bevestigd. De telslang wordt aangesloten op een telapparaat dat naast de rijbaan wordt opgesteld. Met de pnuematische telslang kunnen de intensiteiten, snelheden en voertuigcategorieën worden gemeten. Het telapparaat totaliseert de gegevens per ingestelde meetperiode en bewaart deze in het geheugen totdat ze worden uitgelezen.

Op het moment dat het wiel van een voertuig de rubberen slang overrijdt, wordt de lucht in de slang verplaatst, hetgeen door het telapparaat wordt gedetecteerd. De gevoeligheid van het telapparaat is instelbaar, zodat het mogelijk is om (brom)fietsers buiten de meting te houden.

Voor het tellen van motorvoertuigen moet de telslang loodrecht op de bewegingsrichting van de voertuigen liggen. Dit is om dubbeltellingen te voorkomen. Een telslang moet niet in of net na een bocht worden geplaatst, of net na een uitrit/zijweg, omdat de voertuigen dan niet loodrecht over de telslang rijden. Bij het tellen van (brom)fietsers dient de telslang onder een hoek van 30 graden te worden aangelegd. Zo kunnen naast elkaar rijdende fietsers apart worden gedetecteerd. De gevoeligheid van de telapparatuur moet op de (brom)fietsers worden afgesteld.

Toepassing[]

Telslang3

De methode van de pneumatische telslang wordt veel al gebruikt voor beleidstoepassingen, zo kunnen de ingewonnen gegevens en bewerkte informatie onder meer worden gebruikt om:

  • de representativiteit van visuele tellingen te bepalen;
  • visuele spitstellingen op te hogen naar etmaalintensiteiten;
  • spitsintensiteiten te meten;
  • verkeerssamenstelling te bepalen;
  • de verkeersbelasting te bepalen, ten behoeve van bijvoorbeeld geluids- of luchtberekeningen;
  • trendmatige ontwikkelingen in het gebruik van wegen te achterhalen.

De telapparatuur is in staat om een groot aantal voertuigcategorieën te herkennen, op basis van het aantal assen en de afstand tussen de assen. In dit geval zijn er twee telslangen per rijrichting benodigd. Daarnaast kan de telapparatuur - in een combinatie met twee telslangen - de snelheid meten en kan de rijrichting van voertuigen worden bepaald. De meer eenvoudige telapparatuur is voor deze doeleinden overigens niet geschikt.

De keuze van de meetlocatie is afhankelijk van het doel van de telling, het wegtype en de kenmerken van het verkeer. In stedelijk gebied kan de belasting van een weg/straat aanzienlijk fluctueren, als gevolg van de ontsluiting van parkeerterreinen, kantoren et cetera. Bij het kiezen van de locatie dient men zich af te vragen welk verkeer wel en welk verkeer niet relevant is voor het onderzoek.

Het aantal benodigde telslangen en de positionering van de telslangen is afhankelijk van de situatie en de vraag of het verkeer per afzonderlijke rijrichting moet worden geregistreerd. Onderstaande figuur laat zes mogelijke combinaties zien:

  1. Telt de assen op de gehele rijbaan, dus onafhankelijk van de rijrichting.
  2. Telt de assen per rijrichting, hierbij moeten de twee telslangen dicht bij elkaar liggen.
  3. Telt de assen per rijrichting en registreert tevens de snelheid en de voertuigcategorie, hierbij moeten de slangen verder uit elkaar liggen (afhankelijk van de maximale snelheid).
  4. Telt de assen per rijrichting, maar kan niet de snelheid en de voertuigcategorie waarnemen.
  5. Telt de assen per rijrichting door gebruik te maken van twee meetsystemen, hierbij worden tevens de snelheid en de voertuigcategorie gemeten.
  6. Telt de assen op een rijbaan, per rijrichting of per rijstrook.

Vanwege veiligheidseisen is het bijna niet meer mogelijk om de slangen in het midden van de rijbaan of in de middenberm te bevestigen. Daarom wordt in het midden van de telslang een knoop gelegd om zodoende alleen de voertuigen te traceren die over één helft van de slang rijden.

Plaatje telslangen

De benodigde lengte van de meetperiode is afhankelijk van de toepassing waarvoor wordt gemonitoord. De pneumatische telslang is een periodiek meetsysteem, en wordt meestal voor enkele weken ingezet. Er kunnen technische beperkingen ten aanzien van de lengte van de meting gelden, zoals een beperkte geheugenruimte. Afhankelijk van het gekozen tijdsinterval kan de telapparatuur kortere of langere tijd functioneren.

De apparatuur is niet geschikt voor hogere snelheden (>100 km/u), omdat de verankering van de slang dan mogelijk onvoldoende weerstand biedt om de slang op zijn plaats te houden. De meetmethode wordt bijna niet toegepast bij snelheden boven de 60 km/u, in verband met de geldende veiligheidseisen en de hoge slijtage.

Kenmerken[]

Nauwkeurigheid[]

Hoe langer de meetperiode, des te nauwkeuriger is het berekende gemiddelde. Bij de keuze van de meetperiode dient rekening te worden gehouden met geplande wegwerkzaamheden en vakantiedagen. Op deze dagen is de verkeersstroom namelijk niet representatief.

Wielen die gelijktijdig de slang oprijden kunnen niet apart worden waargenomen. Vandaar dat meestal over het geregistreerd aantal voertuigassen wordt gesproken. Indien een voertuig niet loodrecht ten opzichte van de ligging van de telslang rijdt, passeren de wielen van het voertuig de slang niet gelijktijdig, waardoor abusievelijk twee aspassages worden geregistreerd. Daarom is het noodzakelijk dat de slang loodrecht op de rijrichting van de voertuigen wordt geplaatst.

Bij eenvoudige telapparatuur, die geen onderscheid maakt naar de voertuigcategorieën, onstaat er tevens een vertekening als gevolg van passerende vrachtauto’s, die meer dan twee assen hebben. Met behulp van een (vast ingestelde) assencoëfficiënt wordt het aantal getelde assen omgerekend naar het aantal voertuigen. Een verkeerd ingestelde ascoëfficiënt kan een aanzienlijke vertekening geven. Een geschatte waarde van 0,50 bij een werkelijke waarde van 0,48 geeft al een overschatting van het aantal voertuigen met ruim vier procent.

Beschikbaarheid[]

Indien de telapparatuur defect, als gevolg van extreme weersomstandigheden, criminaliteit of het kapot rijden van de telslang, is het systeem niet meer beschikbaar. Het is verstandig om de appartuur een aantal keren per meetperiode te controleren.

Actualiteit[]

De gegevens zijn direct beschikbaar in de locale verwerkingsunit. Met behulp van een computer kunnen de gegevens worden uitgelezen en vervolgens worden verwerkt tot bruikbare informatie. De verwerking gebeurt meestal na afloop van de meetperiode, en kan enkele dagen duren.

Flexibiliteit[]

Het telapparaat heeft een eigen stroomvoorziening en kan derhalve overal worden geplaatst. Er moet wel een paal, boom of mast aanwezig zijn om het apparaat aan vast te ketenen om diefstal tegen te gaan.

Gegevenstype[]

De toepassing van de pneumatische telslang is geschikt voor het verzamelen van de volgende gegevens; welk ingezameld kunnen worden voor de gehele rijbaan, per rijrichting of per rijstrook:

  • intensiteit;
  • verkeerssamenstelling;
  • snelheid.

Onderhoud[]

De onbewaakte opstelling maakt de apparatuur gevoelig voor vandalisme. De apparatuur wordt soms kapot teruggevonden of zelfs gestolen. In de zomer bij erg warm weer bestaat de kans dat de telslangen in het asfalt worden gereden. Daarnaast kunnen de klemmen na enige tijd van gebruik uit het asfalt worden gereden.

Realisatie en kosten[]

De methode is in vergelijking tot het visueel handmatig tellen veel minder arbeidsintensief en is indien een tijdelijk systeem gewenst is zeer betaalbaar. De methode is geschikt om gedurende langere tijd aaneengesloten tellingen te verrichten. De apparatuur kan redelijk snel worden geïnstalleerd (of verplaatst).

Bronnen[]

CROW, Tellen en meten in het verkeer: leidraad voor het uitvoeren van eenvoudig verkeersonderzoek, juni 1994

Openstaande vragen[]

  • Welke nauwkeurigheid kan worden behaald bij het meten met behulp van de pneumatische telslang?

De gewone pneumatische telslang telt fietsers met een onnauwkeurigheid van rond de vijf procent. (Bron: Fietsberaad.nl)

  • Wat zijn de kosten voor het verkrijgen van gegevens uit een pneumatische telslang?

De kosten zijn gemiddeld 350 euro per week inclusief huur en plaatsen van de telapparatuur.


-> Terug naar weggebonden meetsystemen

Advertisement