Verkeersmanagement
Registreer
Advertisement

Langs de provinciale wegen N206 (Leiden – Katwijk) en N207 (Alphen aan den Rijn – Leimuiden) heeft de provincie Zuid-Holland radarmeetposten geplaatst voor het inwinnen van actuele verkeersinformatie. Serviceproviders (ANWB en VID) verwerken de verkeersinformatie in hun media (internet, radio, teletekst, enzovoort) en brengen zo weggebruikers op de hoogte van de verkeerssituatie op beide wegen.

Inleiding[]

Roadside Radar is een project van de provincie Zuid-Holland om weggebruikers meer informatie te bieden over de doorstroming op de provinciale wegen. Daarnaast wordt de ingewonnen verkeersinformatie gebruikt voor de implementatie van een benuttingstrategie voor het netwerk. De provincie ging op zoek naar een kosteneffectieve inwintechniek die de verkeerssituatie op de provinciale wegen goed in beeld kon brengen. Belangrijke randvoorwaarden waren dat de weggebruiker vanaf de start ook daadwerkelijk kan beschikken over de ingewonnen gegevens, dat de verkeersinformatie gratis zou zijn en net zo makkelijk toegankelijk is als de gegevens van het hoofdwegennet. Net zoals op de site van de ANWB.

De meettrajecten[]

Voor het project zijn twee wegen geselecteerd. Uitgangspunten bij de selectie van de wegen waren:

  • ze moeten een belangrijke verkeersfunctie hebben;
  • er moet regelmatig sprake zijn van congestie, omdat daar de informatiebehoefte groter zal zijn dan bij wegen die bijna altijd congestievrij zijn;
  • ze moeten in verbinding staan met het hoofdwegennet en daarmee deel uit maken van een groter netwerk.

Gekozen is voor een trajectdeel op de N206 en een trajectdeel op de N207. Het traject op de N206 loopt van de kruising met de A44 in Leiden tot aan de noordgrens van Katwijk en is vijf kilometer lang. Deze weg is congestiegevoelig in de spitsen en bij veel strandverkeer van en naar Katwijk. Het traject op de N207 is het stuk tussen de N11 bij Alphen aan den Rijn en de oprit van de A4 bij Leimuiden. Dit is vijftien kilometer lang. De weg is in de spitsen zeer zwaar belast met forensenverkeer van en naar de economisch belangrijke regio Schiphol/Amsterdam. De weg vormt ook een alternatieve route voor de overbelaste A4.

Roadside Radar

Bron: Provincie Zuid-Holland

Organisatie[]

Eigendomsrechten[]

De eigendomsrechten van de meetgegevens bleken een heikel punt. Wie mag wat met de gegevens doen en wie is eigenaar? Mag de provincie de gegevens aan iedereen leveren en/of verkopen? Mag het bedrijf dat de meetposten beheert de gegevens zelf ook verkopen aan andere partijen? Mogen de serviceproviders geld vragen voor de gegevens die zij zelf gratis ontvangen?

Bij dit project zijn de eigendomsrechten niet vooraf contractueel vastgelegd, maar is tijdens het project tot een overeenstemming gekomen.

Contractvormen[]

De provincie Zuid-Holland heeft besloten geen eigenaar van de meetposten te worden, maar voor een periode van vijf jaar de dienst ‘actuele verkeersgegevens N206/N207’ af te nemen van de leverancier. Deze actuele verkeersgegevens worden vervolgens aan een serviceprovider geleverd, die de verkeersinformatie via de media beschikbaar maakt voor de weggebruiker. Er is gekozen voor een vijfjarig contract. Deze periode is gekozen omdat het de leverancier voldoende tijd biedt zijn investering terug te verdienen.

De keuze van de provincie om voor het afnemen van een dienst te kiezen, in plaats van het aanschaffen van meetmethoden, is gebaseerd op de volgende overwegingen:

  • er hoeft geen groot bedrag te worden geïnvesteerd in meetsystemen;
  • er hoeft geen onderhoud te worden verricht aan de meetposten, dit doet de leverancier;
  • de leverancier draagt het risico van uitval van de meetposten door vandalisme, aanrijding, etcetera en is contractueel gebonden deze meetposten snel te herstellen;
  • gedurende vijf jaar is de levering van meetgegevens gegarandeerd;
  • de leverancier kan zelf de meetposten en software verder verbeteren zonder tussenkomst van de wegbeheerder;
  • het systeem kost de provincie geen menskracht;
  • de provincie hoeft geen contracten meer af te sluiten met telecomoperators en energieleveranciers.

Informatiebehoefte en benodigde gegevens[]

Een belangrijk uitgangspunt van het project was dat de weggebruiker ook direct en op een toegankelijke manier over de actuele verkeersinformatie moest kunnen beschikken. Daarom is er voor gekozen een overeenkomst te sluiten met een grote serviceprovider (ANWB), die de gegevens verwerkt in haar actuele verkeersinformatie op radio, internet, teletekst et cetera. Inmiddels heeft ook de Verkeersinformatiedienst (VID) zich als serviceprovider bij het project aangesloten. De VID gebruikt nu ook de gegevens voor haar actuele verkeersinformatie.

Roadside radar 4

Bron: ANWB

De volgende gegevens worden ingewonnen met het meetsysteem:

  • intensiteit;
  • snelheid;
  • aanwezigheid voertuigen;
  • voertuigcategorie, op basis van voertuiglengte.

Bij het opstellen van het contract met de serviceprovider werden voor het gebruik van de actuele verkeersgegevens de volgende eisen gesteld:

  • De levering van gegevens moet gedurende een langere periode gegarandeerd zijn. Afgesproken is vijf jaar.
  • De gegevens moeten een hoge betrouwbaarheid en beschikbaarheid hebben (minimaal 90 procent).
  • Het uitvallen van een meetpost moet snel worden gesignaleerd en snel hersteld zijn.
  • De gegevens moeten gratis zijn.

Daar stelde de provincie Zuid-Holland de volgende eisen aan de serviceprovider tegenover:

  • De aangeleverde gegevens dienen daadwerkelijk verwerkt te worden in de verkeersinformatie.
  • De gegevens mogen gebruikt worden om de weggebruikers te informeren, maar mogen niet verrijkt worden met verkeersmanagementadviezen.
  • De provincie betaalt de provider niets voor de verspreiding van de gegevens.
  • De provincie mag de gegevens ook aan andere serviceproviders leveren.

Inwintechnieken[]

Roadside radar 2

Bron: Provincie Zuid-Holland

De eisen die aan de meetmethoden werden gesteld waren:

  • kosteneffectief;
  • snelle reactietijd;
  • onafhankelijk van het wegdek: slecht asfalt of asfalteringswerkzaamheden moeten niet leiden tot uitval van de detectie;
  • voldoende nauwkeurig voor het projectdoel: actuele verkeersinformatie.

Als inwintechniek is gekozen voor Roadside Radar. Een Roadside Radar wordt gemonteerd op een mast van vier meter hoog, naast de weg. De radar meet het verkeer in beide richtingen en stelt van elk voertuig de snelheid, rijrichting en voertuiglengte vast.

De keuze voor de Roadside Radar is na een vergelijking met andere meetmethoden gebaseerd op de volgende overwegingen:

  • Inductielussen zijn weliswaar zeer nauwkeurig, maar gevoelig voor slecht asfalt. Bij asfalteringswerkzaamheden vergaat het detectiesysteem. Daarnaast is het kostbaarder in aanleg en onderhoud.
  • Kentekenherkenning bleek bij een vorig project erg kostbaar te zijn in aanleg en onderhoud, maar de kosten hiervan zijn de laatste twee jaar wel sterk gedaald. De locatie van de twee camera’s is minder kritisch dan de locatie bij puntmetingen, zoals Roadside Radar. Een puntmeting kan niet vlakbij een rotonde of verkeersregelinstallatie worden uitgevoerd; dit geeft verstoringen. Voordeel van puntmetingen zijn een snelle en exacte lokalisering van files en incidenten. Bij kentekenherkenning blijkt na langere tijd, als waarnemingen uitblijven, dat op het tussenliggende wegvak ergens iets gebeurd moet zijn.
  • Floating car data (GSM/GPRS) heeft als voordeel dat men niets meer langs de weg hoeft te plaatsten, maar de reactietijd zal wat langer zijn en het aantal metingen per wegvak veel minder.

De locaties van de radardetectoren zijn als volgt gekozen: het te meten traject is opgedeeld in wegvakken, die liggen tussen discontinuïteiten zoals aansluitingen, bruggen, verkeerslichten en rotondes. Elk wegvak krijgt minimaal één meetpunt. Op congestiegevoelige wegvakken komen meer meetpunten. De meetpunten staan dus niet op vaste afstand van elkaar. Op het wegvak is een plek gekozen waar het verkeer zoveel mogelijk vrij kan rijden, dus niet vlak voor een verkeerslicht of rotonde.

Verwerking gegevens[]

De gegevens van de individuele voertuigen worden geaggregeerd tot 1-minuutgegevens, waarbij steeds bekend is wat de gemiddelde snelheid, de intensiteit en verdeling personenauto’s/vrachtauto’s de afgelopen minuut waren. De meetgegevens worden elke minuut via GPRS verzonden naar een centrale server. Zonnecellen of accu’s voeden de radar.

Om de verwerking van de gegevens in een verkeerscentrale of bij een provider te vergemakkelijken, is gekozen voor het Monica-formaat. Dit formaat gebruikt Rijkswaterstaat voor bijna al haar meetpunten en wordt zodoende begrepen door alle verkeersmanagementcentrales, de Verkeerscentrale Nederland (VCNL) en grote serviceproviders zoals de ANWB en VID. In het Monica-formaat staan gegevens zoals de exacte locatie van het meetpunt (BPS-code), de rijbaan, de rijstrook, de gemiddelde snelheid, het aantal gemeten voertuigen, et cetera.

Succesfactoren en leerpunten[]

Het systeem is in werking sinds de zomer van 2004 en blijkt een hoge beschikbaarheid te hebben. Er is één meetpunt aangereden en dit is spoedig hersteld. Naast de verwachte files bij Leimuiden toonde het systeem ook vaak filevorming in de avondspits aan de oostzijde van Alphen aan den Rijn. Dit was onverwacht, maar bleek wel te kloppen. Naar aanleiding hiervan zijn de verkeerslichten op dit punt aangepast. Ook in de dalperiode blijkt er vaker dan verwacht congestie te zijn door allerlei kortdurende oorzaken zoals brugopeningen, wegwerkzaamheden en aanrijdingen. Het systeem toonde ook dat de weg een overloopfunctie heeft bij incidenten op de A4.

De radars zien ongeveer 90 procent van de intensiteit die lustellers zien op dat wegvak. Wat de oorzaak is van dit verschil wordt nog onderzocht. Mogelijk worden zeer langzame voertuigen (<15 km/uur) of dicht op elkaar rijdende voertuigen niet elk apart gezien. Daarnaast is het mogelijk dat voertuigen in een grotere mate dan verwacht worden afgedekt door andere voertuigen.

De gekozen prestatiecontractvorm, waarbij alleen gegevens worden ingekocht en geen meetsystemen, blijkt zeer goed te werken. De radartechniek is ervaren als een robuuste en goedkope techniek voor verkeersinformatie. Beperkingen zijn wel het aantal rijstroken (maximaal twee) en de beperkte obstakelvrije ruimte. De masten met camera's moeten vrij dicht langs de wegkant staan. Gebleken is dat het erg belangrijk is om de eigendomsrechten van de verkeersgegevens vooraf goed vast te leggen in een contract.

Bronnen[]

Feddes, Roadside Radar: actuele verkeersinformatie over het OWN, Provincie Zuid-Holland, Symposium Dynamisch Verkeersmanagement 2005.

Openstaande vragen[]

Hoe zijn de eigendomsrechten precies vastgelegd in het project?

Advertisement