Verkeersmanagement
Advertisement


Inleiding[]

Verkeersgegevens kunnen voor uiteenlopende toepassingen worden gebruikt, zoals dynamisch verkeersmanagement, evaluatie van maatregelen, opstellen van beleid, verkeersinformatie of onderzoek. Er zijn verschillende monitoringssystemen om gegevens over verkeerssituaties in te winnen. Vervolgens kunnen die via bewerkingsmethoden zoals verkeersmodellen, algoritmes of datafusie bruikbaar worden gemaakt voor verschillende toepassingen.

In Nederland wordt het grootste deel van verkeersgegevens ingewonnen met inductielussen. De belangrijkste bron hiervan is het MTM-systeem (Motorway Traffic Management). Dit systeem is op de meeste snelwegen om de driehonderd tot vijfhonderd meter geïnstalleerd. Op een groot deel van de trajecten op het hoofdwegennet waar MTM niet aanwezig is, beschikt Rijkswaterstaat over zogenoemde MoniCa-gegevens. Ook deze worden ingewonnen met behulp van inductielussen.

Componenten van monitoringssystemen[]

Verkeesmonitoringssystemen bestaan meestal uit drie componenten:

  • De sensoren
De sensoren zijn de systemen die de eigenschappen van de verkeersstromen meten. Deze meetsystemen voor de gegevensinwinning zijn in te delen in twee categorieën:
De verschillende meetsystemen die momenteel op de markt zijn worden toegelicht in de artikelen weggebonden meetsystemen en voertuiggebonden meetsystemen en diverse subartikelen.
  • Hard- en software voor communicatie
De hardware en software is nodig om de met sensoren ingewonnen ruwe gegevens naar een centrale server te verzenden. Indien nodig wordt de data geaggregeerd.
  • De (gecentraliseerde) server(s)
De ruwe gegevens moeten vervolgens worden bewerkt tot bruikbare informatie. Dit gebeurt in de centrale server. In deze server, meestal één of meer pc’s, bevindt zich een database met de (geaggregeerde) ingewonnen gegevens.

Weggebonden meetssytemen[]

Weggebonden meetsystemen werken op basis van puntmetingen op één of meerdere locaties. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van detectoren op, in, boven of langs de weg. Met behulp van deze meetsystemen worden voertuigen gedetecteerd, gesignaleerd en/of geregistreerd. De systemen reageren op de passerende voertuigen, zonder gebruik te maken van communicatie met deze voertuigen. De systemen kunnen zowel actief als passief worden gebruikt, afhankelijk van het systeem. Passieve systemen bevatten een ontvangstsysteem, waarmee bepaalde signalen van een passerend voertuig worden ontvangen (zoals magnetisme, warmte, beeld). Actieve systemen zenden zelf een signaal uit. Door het (tijds)verschil in reflectie van deze signalen tussen wegdek en passerend voertuig te meten en te vergelijken, worden de voertuigen gedetecteerd.

Gegevens[]

Weggebonden meetsystemen meten in eerste instantie de intensiteiten en snelheden op een doorsnede van de weg. De weggebonden meetsystemen (behalve kentekenherkenning) kunnen - in tegenstelling tot voertuiggebonden meetsystemen - geen trajectreistijden en trajectsnelheden meten. Met behulp van verkeersmodellen en algoritmes kunnen de systemen wel schattingen maken van de reistijden op de trajecten waar detectoren staan. In het artikel ‘Vergelijking reistijdschattingen met MTS en MoniCa’ wordt het verschil in kwaliteit tussen de twee methoden toegelicht.

Naast intensiteiten en snelheden kunnen de weggebonden meetsystemen ook inzicht geven in de verkeerssamenstelling. Dit gebeurt op basis van de voertuigcategorie of de voertuiglengte. Sommige systemen kunnen ook nog andere gegevens inwinnen, zoals acceleratiesnelheden met behulp van remote sensing, herkomst-bestemmingspatronen met behulp van kentekenherkenning en wachtrijlengte bij VRI’s.

Voertuiggebonden meetsystemen[]

Voertuiggebonden meetsystemen werken op basis van metingen van dynamische objecten die in voertuigen aanwezig zijn. Via deze systemen worden signalen van deze dynamische objecten opgevangen, waardoor de verplaatsing van deze objecten kan worden gemonitord. Voertuiggebonden meetsystemen worden ook wel Floating Car Data (FCD) genoemd. Dit is een verzamelnaam voor technieken waarbij voertuigen in het verkeer gegevens leveren over de verkeerssituatie. Bij voertuiggebonden systemen wordt data uitgewisseld tussen het voertuig en de wegkant/centrale. Het betreft hier dus systemen voor actief gebruik. De systemen bestaan uit sensoren die zich in het voertuig bevinden, zoals een mobiele telefoon, GPS-unit of DSRC en een centrale ontvanger. Het voertuig zendt zijn positie - en soms ook extra data over bijvoorbeeld de actuele verkeerssituatie - naar de centrale ontvanger.

Gegevens[]

Met behulp van voertuiggebonden meetsystemen worden in eerste instantie trajectreistijden en trajectsnelheden ingewonnen. Naast de inwinning van reistijd- en snelheidsgegevens op een traject, kunnen voertuiggebonden meetsystemen ook worden gebruikt om inzicht te krijgen in de herkomst en bestemming van verkeer. Voertuiggebonden meetsystemen kunnen in tegenstelling tot weggebonden meetsystemen geen intensiteiten meten. Wel is het mogelijk om een schatting te maken van de intensiteiten, op trajecten waarvan de penetratiegraad van de FCD voertuigen bekend is én waarvan de intensiteit relatief hoog ligt.

Voertuiggebonden meetsystemen kunnen gegevens inwinnen van alle typen wegen, ook van die wegen waar het economisch en technisch niet mogelijk is om weggebonden meetsystemen te installeren.

Selectiecriteria[]

Welk systeem het meest geschikt is, hangt in sterke mate af van de toepassing waarvoor de ingewonnen gegevens gebruikt worden. Belangrijke selectiecriteria (kenmerken) voor de meetsystemen zijn:

  • nauwkeurigheid ingewonnen gegevens;
  • beschikbaarheid meetsysteem;
  • actualiteit ingewonnen gegevens;
  • typen gegevens die worden ingewonnen;
  • flexibiliteit meetsysteem;
  • realisatie;
  • onderhoud;
  • kosten.

Combinatie systemen[]

Voor sommige toepassingen kunnen meerdere monitoringssystemen worden gecombineerd om zodoende alle gewenste informatie in te winnen en de betrouwbaarheid en nauwkeurigheid te verbeteren. Door een optimum te zoeken in de voordelen van verschillende technieken, is het mogelijk om de gewenste informatie en kwaliteit in te winnen. Een voorbeeld is het combineren van het voertuiggebonden meetsysteem MTS met inductielussen. Hierover gaat het artikel ‘Voorbeeld combinatie FCD met inductielussen in dit handboek.

Bronnen[]

Gemeente Rotterdam, Monitoring Rotterdam DP3: Vergelijking potentiële meetsystemen, Gemeente Rotterdam dS+V afdeling Verkeer en Vervoer, maart 2006

Hillen, Monitoring ten behoeve van reistijdinformatie, AGV in opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat/Rijkswaterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer, september 2006

DHV Milieu en Infrastructuur BV, Inventarisatiefase Meervoudig Monitoring Concept, in opdracht van Ministerie van Verkeer en Waterstaat Werkgroep MMC, april 1999

'Van Zuylen, van Lint, Hoogendoorn, Bliemer, Muller, Chen, Taale, Zuurbier, Dictaat CT5804 – ITS and ynamic Traffic Management, TU Delft, 2006

Openstaande vragen[]

Er zijn momenteel geen openstaande vragen. Aanvullingen zijn altijd welkom.

Advertisement